‘Je hebt wát gedaan?’ Ik heb zojuist thuis verteld dat ik me heb aangemeld als krantenbezorger voor Weekblad Waalwijk. ‘En wanneer ga je dát nu weer doen?’ Een vraag die ik sindsdien ook veel buitenshuis hoor. Maar ik ga het doen. Vanaf deze week.
Onze weekbladen De Duinkoerier en Weekblad Waalwijk worden veel gelezen. Maar niet bij iedereen vallen ze altijd in de bus. Er zijn gewoon soms te weinig bezorgers. Afgelopen Kerst liep ik al door mijn eigen wijk met folders voor de kerstnachtviering. Ik had er best schik in. Soms zoek je je lens naar de brievenbus. Als je hem gevonden hebt blijkt die een NEE NEE sticker te hebben, altijd. En je ziet nog eens hoe mensen wonen (zonder naar binnen te kijken natuurlijk).
Om zelf Weekblad Waalwijk te krijgen rij ik op donderdagochtend wel eens angs de Albert Heijn. En volgens mij loopt dat ook goed. Maar beter is het natuurlijk als iedereen het weekblad gewoon altijd krijgt. Niet alleen om mijn columns. Het zijn dé kranten van de Loonse en Waalwijkse samenleving. Meer dan het Brabants Dagblad, met permissie. Het verenigingsleven kan hier laten zien wat voor mooie dingen zij doen, hoe enthousiast ze daarvoor zijn, en wie zich daar allemaal voor inzetten. De politieke partijen kunnen hun standpunten delen met ons. Er is ruimte voor ingezonden brieven van inwoners. De gemeente en de politie vertellen wat hen bezig houdt en waar wij mee te maken krijgen. Ondernemers kunnen zich presenteren. De kerken kunnen laten zien wat zij in huis hebben. En er zijn wat vaste columnisten. Genoeg reden om de weekbladen onder de aandacht te brengen.
Ik liep al een tijdje met het idee. En wanneer ik dat zou doen? Nou, gewoon in de tijd dat ik eigenlijk een ommetje zou moeten maken om niet achter mijn bureau wortel te schieten. Maar om me nu bij Spotta aan te melden voor een baantje… Ik werk al jaren in de Zaak van mijn Vader en ik hoef er geen baantje bij te nemen. Sinds kort is het gelukkig makkelijker, gewoon via de site van de weekbladen. Dus de drempel was lager. Daarna kwam ik wel bij Spotta uit en ging er een wereld voor me open.
Ik mocht een wijk uitkiezen. Ik koos, logisch, mijn eigen wijk. Een forse wijk, maar vooruit, laten we het eens proberen. Let wel op, meldde de site en de mail daarna: ‘Als we jou niet kunnen bereiken op dit nummer bellen we de volgende kandidaat, want de folders wachten niet.’ Die wachten al meer dan honderd weken…
En over folders gesproken: ik had echt geen zin om folders bij de weekbladen te bezorgen. Maar het bleek ‘part of the deal’. Alles of niets. Blijkbaar kan het systeem het niet aan dat er anders inderdaad niets bezorgd wordt. En ze kunnen niet mee met de andere folders (die ook niet worden bezorgd), want deze worden wijkgericht ingezet. Maar goed, ook dat ga ik eens proberen. Deze week voor Van Vlos Vleeswaren; als ik hem nu noem, mag ik de folders dan laten liggen…?
Zo glij je toch langzaam maar zeker de wereld van de folderbezorgers in. Ik heb een app, waar alles in bijgehouden wordt. Ik moet mijn vakantievervanging gaan regelen. En ik mag de eerste vier weken meteen opzeggen als het me niet bevalt. ‘Wilt u een fietstas, meneer Grevink?’ Natuurlijk! Met bakfiets en fietstas zal ik de wijk doorgaan. Wilt u me helpen? Zet dan een JA NEE sticker (wel weekbladen, geen folders) op uw brievenbus. En reik me deze week wat water aan…
Wat ik ermee verdien? Nou, toch zo’n €30 in de week. Die hou ik niet zelf. Ik sluis het meteen door naar Zin op School, deel van de Zaak van mijn Vader waarvoor ik me in mag zetten (met ANBI status, dus kan ik het ze helemaal geven). Vanuit mijn werk in die Zaak schrijf ik deze columns. Dan mag het ook daaraan ten goede komen.
Dominee Otto Grevink is predikant voor Sprang-Capelle, Kaatsheuvel en de Efteling, en Waspik vanuit De Brug, en pionier bij Zin op School in Waalwijk. Reacties zijn welkom op ottogrevink@gmail.com.