Waspikse heemkundekring Op 't Goede Spoor

In de 15e eeuw liggen Capelle, Vrijhoeve, Sprang en Waspik in één van de grootste polders van het graafschap Holland, de Groote of Hollandsche Waard genaamd. De dijken rondom de Groote Waard moeten goed worden onderhouden maar de aandacht gaat meer uit naar de oorlog tussen Jacoba van Beieren en haar neef Jan van Beieren over de opvolging van de graaf van Holland, Willem VI, de zogenaamde Hoekse en Kabeljauwse twisten.

Niet alleen worden de dijken daardoor slecht onderhouden, er wordt ook turf gebaggerd net onder de dijken, zowel binnen- als buitendijks. Het baggeren van die turf verzwakt ook de dijken. In de nacht van 17 op 18 november 1421 teistert een geweldige storm het land die verschillende dijkdoorbarken in onder andere Holland veroorzaakt. De dijk van de Groote Waard begeeft het bij Broek en Wieldrecht waardoor het water binnenstroomt en grote vernielingen aanricht. Op deze ramp volgt nog een tweede doorbraak in december van 1421 en een derde doorbraak in 1422. Hierdoor ontstaan grote veranderingen in de waterstaatkundige toestand van het binnenland. Meer en meer raakt het land verwoest en onbewoonbaar. Het Bergse Veld is een open zee geworden en de Donge tussen Geertruidenberg en Raamsdonk is een breed zeegat geworden. Geertruidenberg is aan alle zijden door water omringd. Het waterpeil zakt langzaam waardoor in het Bergse Veld platen droog vallen die door aanslibbing groeien. De Biesbosch ontstaat.

Waspik herrijst

De gevolgen voor de Langstraatse dorpen zijn desastreus. Grote gedeelten van Raamsdonk, Waspik en Capelle zijn verzwolgen. De kerk van Waspik, die stond in de buurt van de huidige Achterste Dijk, is verwoest. Grondpercelen in beide dorpen aangeduid met de naam ‘het Oud Kerkhof’ herinneren nog aan de vroegere standplaatsen. Ook de dijk met de straatweg daarop is grotendeels weggespoeld.

Net zoals bij het achterstallig onderhoud aan de dijken stagneert door de onenigheid tussen de graaf van Holland en de hertog van Brabant het herstel. Alle afzonderlijke delen van de Groote Waard proberen voor zover mogelijk hun eigen waterkeringen te verbeteren. De aanleg van een nieuwe straat van Waspik naar Besoyen die tevens als zeekerende dijk dienst moet gaan doen, wordt op 17 oktober 1442 door de stedelijke regering van Dordrecht in gang gezet. Alle inwoners van de ambachten waardoor de weg of dijk gaat lopen, moeten hun medewerking verlenen. De nieuwe dijk van drie roeden breed waarvoor de benodigde grond gratis moet worden afgestaan, wordt meer naar het zuiden aangelegd. Aan de oude dijk herinneren nu nog de namen ‘Achterste Dijk’ onder Raamsdonk en Groot-Waspik en ‘Oude Straat’ vanuit Raamsdonk onder Klein-Waspik en Capelle. Ook zuidelijker wordt een nieuwe kern ontwikkeld met een nieuwe kerk, de huidige Nederlands Hervormde kerk. Waspik herrijst uit de puinhopen.

Kunnen de inwoners van Waspik hun leven in rust weer opbouwen ? Nee, daar zorgen de Hoekse en Kabeljauwse twisten wel voor. Ook voor Waspik breken opnieuw woelige tijden aan met een voortdurende oorlogstoestand.